Spreekbeurt over de poema

De poema is een katachtig roofdier dat ook wel bergleeuw of zilverleeuw wordt genoemd. Hij lijkt veel op een leeuwin, maar er zijn toch wel heel duidelijke verschillen. Zo heeft hij een veel rondere kop dan we normaal bij katachtigen zien. In tegenstelling tot veel andere katachtige roofdieren, is de poema geen bedreigde diersoort.

Wat zijn de kenmerken van de poema?

De poema is een stevig gebouwd roofdier met sterke poten. Hij heeft ook een lange dikke staart. De kortharige vacht is afhankelijk van de ondersoort zilvergrijs tot roodbruin. De roodbruine poema’s vinden we voornamelijk in tropische gebieden. Ze hebben een witte buik. Ook hun gezicht is deels wit. De poema heeft vrij kleine oren.

Opvallend is dat zijn achterpoten langer zijn dan de voorpoten. Hierdoor kan hij enorme sprongen maken. Vanuit stilstand kan hij wel 2,5 meter hoog en 6 meter ver springen. Zijn grove poten zorgen ervoor dat hij in het ruige terrein van de berggebieden voldoende grip heeft. Net zoals katten heeft ook de poema aan de voorpoten vijf- en de achterpoten vier tenen.

De lengte van een poema van kop en romp is zo’n 95 tot 150 centimeter. Zijn staart van 50 tot 85 centimeter komt daar dan nog bij. De poema is 60 tot 75 centimeter hoog en weegt tussen de 30 en 120 kilogram. De poema’s in de tropische gebieden zijn een stuk kleiner dan hun soortgenoten die in koudere gebieden leven.

Wat is het leefgebied van de poema?

Het leefgebied van de poema strekt zich uit over het westelijk deel van Noord-Amerika en Midden- en Zuid-Amerika. Hier leeft hij in zowel de vlakke gebieden als in het hooggebergte. In de regenwouden en moerassen is hij wat minder te zien, doordat hij daar moet concurreren met de jaguar. In de graslanden en de bergbossen is hij echter wel het belangrijkste roofdier.

Alhoewel poema’s heel verdraagzaam zijn voor soortgenoten, leeft het dier meestal solitair in zijn eigen territorium. Dit wordt afgebakend met urine, ontlasting en krabsporen op bomen. Territoriums kunnen elkaar wel overlappen, maar dit geeft meestal geen problemen.

Wat eet een poema?

De poema jaagt vooral in de morgen en avond. Overdag ligt hij meestal te slapen in het gras of in een boom.

Hij eet heel gevarieerd, van insecten tot grotere hoefdieren zoals herten, maar ook kleinere dieren zoals apen en knaagdieren. Kan hij deze niet vangen, dan haalt de poema ook zijn neus niet op voor vleermuizen, sprinkhanen, kikkers, vissen en slakken.

Hij kan heel goed ruiken en horen en als hij zijn prooi heeft opgemerkt, zal hij deze besluipen en van dichtbij bespringen. Hij doodt het dier met een krachtige beet met zijn vier lange hoektanden, vlak achter de kop. Daarna zal hij het meeslepen naar een rustige plek om hem ongestoord te verorberen. Grotere prooidieren zal hij verbergen onder bladeren en zand zodat hij een aantal dagen ervan kan eten.

Onder normale omstandigheden zal een poema geen mensen aanvallen. Doordat hun leefgebied steeds verder verdwijnt, komen ze wel vaker in aanraking met mensen. Soms kan dit verkeerd aflopen.

Hoeveel jongen krijgt een poema moeder?

Een zwanger poema vrouwtje krijgt tussen de een en zes jongen. De draagtijd ligt tussen de 82 en 96 dagen. Haar jongen baart ze in het struikgewas of een hol tussen de rotsen.

De pasgeboren jongen wegen iets meer dan 200 gram en hebben zwarte vlekjes op hun vacht, die na verloop van tijd verdwijnen. De jongen drinken zo’n drie maanden bij de moeder. Na twee jaar zijn ze volwassen en verlaten ze hun moeder. Vaak blijven de jongen dan nog wel een poosje samen. Poema’s worden tussen de 8 en 13 jaar oud.

 

Comments are closed.